31 mei 2013

Vancouver

Onze laatste dag om op ontdekkingstocht te gaan. We nemen de bus en de Skytrain naar Canada Place en kopen bij het Info Centre tickets voor de Capilano Suspension Bridge. Er gaat een free shuttle naar toe en in een half uur vanaf het centrum zijn we er. Eerst maar even een kop koffie/chocolademelk voordat we ons tussen de bomen wagen. Het is echt een toeristische trekpleister, maar wel erg leuk. Er speelt een leuk bandje en de sfeer is gelijk gezellig. De hangbrug van 137 meter op een hoogte van 70 meter over de kloof is indrukwekkend. We waggelen naar de overkant. Het is maar goed dat we zeebenen hebben. Er is een hele route door het regenwoud over houten vlonders met veel uitleg over het eco systeem. Omgevallen bomen dienen als "nurse place" voor andere natuurlijke elementen en het duurt 600 jaar voordat een boom vergaan is. Het is erg leuk om op hoogte van boom naar boom te lopen over kleinere hangbruggen en tot slot is er nog de "Cliff walk", waar je op uitstekende plateaus hoog boven de grond loopt. Met de glazen vloeren hier en daar is het heel apart en je moet geen last hebben van hoogtevrees. Er is ook informatie over het watermanagement. Zou onze Koning hier al eens geweest zijn? Het park is beslist de moeite waard.
We nemen het stadsvervoer naar de Seabus en met de ferry gaan we weer terug downtown, genietend van de skyline van Vancouver. Tot slot laten we Ruud en Marijke nog even de gasklok zien en we treffen het, op het hele uur geeft de klok een heel leuk deuntje, vergezeld van stoomstootjes.
We zijn moe en voldaan en gaan terug naar onze woonwagens, waar we de restjes eten in een pan bij elkaar gooien voor een laatste maaltje "aan boord". Het is tijd om op te ruimen, schoon te maken en de koffers te pakken. Morgenochtend maken we het laatste ritje naar Fraserway om ons huisje weer in te leveren. Voor vanavond hebben we nog een restje wijn, dat we gezellig met z'n vieren opdrinken.

30 mei 2013

It's raining cats and dogs in Vancouver

De ferry van Swartz Bay vertrekt om 9.00 uur, dus we rijden tegen acht uur de campground af. De benzine is hier goedkoper dan aan de overkant, dus de tanks worden weer afgevuld. Er is veel verkeer richting ferry en we zien onderweg dat de bezetting 44% is. Bij de terminal aangekomen hebben we een discussie, omdat we met een restsaldo blijven zitten op de door ons in Horseshoe Bay gekochte BCferry kaart. Dat was niet de bedoeling! Het saldo is niet refundable en we krijgen een formulier mee, zodat we thuis de tickets kunnen opsturen in de hoop dat ze het saldo terugstorten.
Aan boord gaan we daarom eerst maar even langs bij het kantoor van de stewart, waar we de handel inleveren en ons beloofd wordt dat we het geld terug krijgen.
Het regent en het zicht is matig, wat heel jammer is, want we varen tussen eilanden door en we hoopten eventueel nog wat walvissen te zien. Het is buiten geen pretje tijdens de 1,5 uur durende oversteek. De koffie aan boord is gelukkig lekker heet.
Vanaf Tsawwassen zoeken we in het drukke verkeer onze weg naar de campground van Burnaby Cariboo en dat valt in de regen niet mee. We doen er bijna 1,5 uur over om de circa 30 km af te leggen. Hoewel er veel campers staan is er gelukkig nog plek voor onze campers. De prijzen hier zijn de hoogste van de hele Canada trip en de plekjes zijn het kleinst. Er is wel een zwembad en lekkere douches en we staan "full hooked up".
Na de boterham gaan Luuk en ik, voorzien van parapluutjes, met de bus naar de Sky Train die ons na één overstap downtown brengt. Wat een drukte hier qua verkeer, een gekkenhuis gewoon. We zijn blij dat we de camper "gestald" hebben.
We lopen eerst naar gastown voor de bekend stoomklok, die elk kwartier fluit en op de hele uren een deuntje laat horen. Daarna shoppen we in de winkelstraten en een heel groot winkelcentrum. We eten weer lekker bij de Cactus Club. Vermoeid keren we weer terug op de campground, waar Ruud & Marijke ons een lekkere kop koffie aanbieden. Zij zijn vanmiddag "thuis" gebleven vanwege het weer. We komen weer helemaal bij. Als we gaan douchen zien we twee wolven vlak bij de ingang van de campground.
Nu maar hopen dat onze laatste dag morgen niet helemaal verregend, want we willen graag nog wat meer zien hier.

29 mei 2013

Downtown Victoria

We wachten netjes totdat er om 9 uur bezetting is in het kantoortje van de campground, zodat we kunnen betalen voor de afgelopen nacht en gelijk reserveren voor de komende nacht. Nadat we weer wat flappen hebben neergeteld, rijden we 22 km over highway 17 naar Victoria. We zetten de campers neer in Beacon Hill Park waar je 3,5 uur gratis mag staan en waar voldoende ruimte is voor onze woonwagens. In het park lopen mooie pauwen rond.
Het is een paar blocs naar de Inner Harbour en het Parlementsgebouw, een mooi pand met een prachtig plafond en een fraaie "kamer" waar de vergaderingen gehouden worden van het parlement van British Colombia. Het huidige Parlementsgebouw is officieel geopend in 1898. Uiteraard is er een staatsportret van Queen Elisabeth, die hier 23 keer op bezoek is geweest. Buiten staan acteurs, die een rol spelen van de Koningin en andere beroemdheden en die je tijdens de officiële toer tegen kan komen.
We lopen verder langs de haven, helaas is het weer regenachtig en informatie bij de whale watch tours, doen ons besluiten dit onderdeel te laten schieten. Het is niet de goede tijd, ze kunnen niet zeggen of er orca's zijn, wel zeehonden en vogels en af en toe een ander soort grote vis.
We bekijken de winkeltjes en Bay Centre, een groot winkelcentrum. De lunch in het World famous Cactus Club café is prima. Christmas Village is helaas gesloten en Market Square erg leeg en stil. We zien de Johnston Bridge en langs het Fairmont Empress Hotel lopen we weer terug naar het park. We zijn een beetje moe van het lopen, maar gelukkig is het droog geworden.
We rijden terug naar Saanichton langs de kustroute, via Oak Bay en Uplands Park. Er staan schitterende vrijstaande huizen, een leuke rit!
De voorraad laatjes beginnen leeg te raken en de waszak vol. Nog maar twee nachtjes en dan vliegen we weer terug, maar morgen eerst naar Vancouver.

28 mei 2013

Totems en tuinen

We hoorden onderweg dat het in de buurt van Vancouver heel vaak regent en dat merken we vandaag op Vancouver Island. Het wordt een grijze, koude, natte dag. We zoeken eerst de totempalen in Duncan en gaan even langs bij het informatiecentrum om ons ook te laten informeren over whale watching mogelijkheden. We moeten even wachten totdat het kantoor opengaat en de meneer die ons te woord staat, is dan kennelijk nog niet goed wakker. Volgens hem kunnen we orka's gaan bekijken voor ca. CAD 25 p.p. in Cowichan Bay.
We lopen eerst maar even door de straatjes met de totempalen. Er zijn een paar leuke, maar de meeste zijn erg donker en mede door het weer een beetje somber. Een kop koffie en warme chocolade brengen ons weer een beetje op temperatuur, want het is bepaald niet warm te noemen met 14 graden. Bij Staples kijken we even rond naar tablets en kopen we een iPad camera connection kit, zodat we de foto's erop kunnen zetten.
Iets verder rijden ligt Cowichan Bay, dat er leuk uitziet met winkeltjes, restaurantjes en een haventje. Helaas is er op maandag niet veel open. We moeten wachten tot 12.00 uur op de man van de whale watching en horen dan dat de prijs iets anders ligt, namelijk CAD 115,- excl. tax. Mede vanwege het slechte weer, besluiten we dit maar niet te doen.
Via een "scenic route" rijden we naar de Butchart Gardens. Onze Truus laat ons leuke straatjes zien, maar neemt niet echt de meest voor de hand liggende route. Gelukkig zijn we nog ruim op tijd om de tuinen te bekijken. Het is ook hier niet goedkoop (waar wel in Canada?), maar de tuinen zijn de moeite waard. Overal liggen paraplu's en die hebben we helaas echt nodig. We genieten van de prachtig aangelegde sunken garden en japanse tuin. De rozentuin staat nog niet in bloei in deze tijd van het jaar. Er staan rozen vernoemd naar o.a. Dolly Parton enYves St.laurent.
We overnachten in Saanichton, 21 km van Victoria wat morgen op het programma staat.

27 mei 2013

Oude bomen, Nanaimo en Chemainus

Het is een kwartiertje rijden naar Cathedral Grove, waar bomen staan van 300 jaar oud en één big tree van 800 jaar. De omvang van deze boom is gigantisch. Het is jammer dat het erg blubberig is in het bos, dus we lopen maar een klein rondje. Daarna rijden we via Parksville naar Nanaimo waar we langs het waterfront een haventje bekijken, de bastion (inclusief doedelzak speler), een leuk winkelstraatje, waar de meeste winkeltjes helaas gesloten zijn, en een kerkje.
Langs Ladysmith komen we aan in Chemainus. Hier zijn veel mooie muurschilderingen en een winkeltje waar het hele jaar door kerst is. Ze hebben prachtige, handgemaakte, dingen en we zitten ineens in kerstsfeer. Nog 212 dagen tot Kerst!
In de gezellige winkelstraat is verder een ouderwetse store, met allerlei soorten soep en pasta/rijst ingrediënten en we vinden een echte Hollandse bakker (op klompen). In de vitrine liggen Arnhemse meisjes, Jan Hagel en Spritsen, maar helaas geen Tompoucen, waar Luuk al twee weken om vraagt. Stroopwafels importeert hij ook, maar daar betaal je hier dan ook de hoofdprijs voor. We maken een praatje met de bakker en drinken een kop koffie met wat lekkers erbij. Hij geeft ons een tip om vanuit Cowichan Bay orka's te gaan bekijken, iets om in gedachten te houden.
We rijden vandaag maar 120 km, maar de dag vliegt voorbij als je hier en daar lekker rondloopt.
Het is zo weer tijd om een campground op te zoeken. Op goed geluk rijden we de Chemainus River campground op, we hebben een plek met elektra nodig om de camera's weer op te kunnen laden. Het is niet echt goedkoop, maar we onderhandelen een gratis bundel firewood en besluiten hier te blijven. Lekker met stroom en water.
's Avonds genieten we van het kampvuur. Luuk splijt het hout als een echte houthakker! We raken helemaal gewend aan het camperleven.

26 mei 2013

Vancouver Island

Het wordt elke dag vroeger opstaan. Vandaag rijden we om 7 uur al naar de dump- en waterplek, omdat onze ferry naar Vancouver Island al om tien over acht vertrekt. We zijn in ieder geval ruim op tijd, want de terminal zit op 5 minuten rijden van de campground. Met onze plastic kaart is het inchecken zo gebeurd. De overtocht duurt 1 uur en 20 minuten. Het is frisjes en niet zo'n mooie dag als gisteren. Aan boord drinken we lekker een kop koffie en om ons heen zitten veel mensen aan het ontbijt met scrambled eggs en spek. Aan sommigen kan je wel zien dat ze dat heel veel eten!
Na aankomst zoeken we eerst het Visitors Information Centre op bij Cumberland. Het eerste stuk is het erg druk. Er zijn heel veel grote stores, hotels en benzinepompen, maar vandaag slaan we de laatste maar eens over.
We rijden via de oude Highway 19A naar het zuiden. We besluiten om niet naar Tofino te rijden, omdat dat een dag heen en een dag terug rijden betekent. We stoppen bij Fanny Bay, waar een heleboel zeehonden op drijvers liggen. Ze maken een gigantisch kabaal en we vinden het echt iets voor Animal Crackers. Af en toe vallen ze elkaar met veel geluid aan, om zich vervolgens weer neer te vlijen en verder te doezelen in de zon. Ook wij doen dat. Het laatste dan! We zetten de stoeltjes buiten en genieten een uurtje heerlijk in de zon, voordat we weer verder rijden naar Coombs. In dit plaatsje zijn er huizen met dakbedekking van gras, waarop geiten lopen. We weten niet wat we zien als we er aankomen. Het is een drukte van belang en het is net zo toeristisch als Valkenburg. Er lopen inderdaad geiten op een dak, maar het is niet helemaal ons ding. Gelukkig hebben ze er wel heerlijk ijs!
We stoppen vandaag op campground Little Qualicum Falls, een paar minuten rijden voor MacMillan Park, waar bij Cathedral Grove 800 jaar oude, grote, bomen staan. Het is te ver om hier naartoe te lopen en daarom maken we in de directe omgeving een heerlijke boswandeling naar de Falls.

25 mei 2013

Volop zon aan de "Sunshine Coast"

Een plek aan het water bevalt ons als bootjesmensen natuurlijk prima en helemaal als je wakker wordt met een strakblauwe hemel en een fantastisch uitzicht. Omdat de ferry om 9.25 uur vertrekt, gaan we vroeg op pad. De afslag naar de terminal in Horseshoe Bay is een beetje lastig te vinden, maar na een lus vinden we de juiste exit en komen we op tijd aan. Een zeer vriendelijke dame informeert ons over de prijzen voor een rondje via de Sunshine Coast naar Vancouver Island. Het kost aardig wat meer dan alleen een overtocht naar Nanaimo, maar we doen het toch maar. Voor CAD 300,- kunnen we het rondje maken tot onze eindbestemming Vancouver.
Na een kop koffie in de Village schepen we in en brengt de eerste ferry ons naar Langdale. Het is een prachtige trip van 35 minuten tussen de eilanden door. We doen (alweer) een tankstop en rijden naar Sechelt om bij de foodstore ook voor de inwendige mens te zorgen.
We rijden nu aan de Sunshine Coast en dat klopt helemaal. Het is een stralende dag, de omgeving is mooi groen met prachtige huizen en kleurige tuinen. In Smuggler Cove eten we ons broodje op in de zon aan de oceaan. Wat wil een mens nog meer!
We hebben gehoord dat er in Egmont wereldwijd kayakkers komen om bij het juiste tij spectaculaire dingen te doen. We rijden er heen, maar het blijkt nog een uur lopen en dan halen we de volgende ferry niet. We relaxen daarom maar wat, lekker in de zon en rijden dan naar Earls Cove voor de volgende oversteek. De tocht naar Saltery Bay is ook weer schitterend en duurt 50 minuten. In de verte zien we een waterval in de bergen en donkere wolken met een regenboog op het vaste land. Wij varen in de zon en genieten, het is alleen maar genieten.
In Saltery Bay aangekomen kijken we op de eerste campground, maar die vinden we te donker onder de hoge bomen. We willen de mooie lucht zien en dat vinden we op een plek, pal aan het water, in Powell River aan Willingdon Beach Campsite. "Paradise by the sea" en dat klopt helemaal. De zeehonden zwemmen voor de deur, de zon gaat mooi onder en wij zijn helemaal happy.

24 mei 2013

Ik zag twee beren .........

Na een avond en nacht met regen, worden we wakker met laag hangende wolken tussen de bergen. Een prachtig gezicht. Even een sani-dump stop en dan zoeken we de eerste de beste benzinepomp op. Gisteren hebben we 361 km gereden en het eerstvolgende benzinestation is 100 km verderop. Je moet er niet aan denken om hier zonder benzine te staan.
Route 99 is geweldig mooi, met steile hellingen van 13 en 15 procent. Er zijn "one lane" bridges van hout en we slingeren door Coast Cariboo. De namen van de rivieren worden ook in het Indiaans aangegeven, maar daar kunnen we niks van maken. Aan de bewoners in een klein, rommelig dorpje kan je wel zien dat het van oorsprong Indianen zijn. Er staan er twee te liften, maar het lijkt ons geen goed plan om ze mee te nemen.
Op de bergen ligt sneeuw en we komen in de wintersportplaats Whistler, waar in 2010 de Olympische Spelen zijn gehouden. We parkeren de RV's op een grote parkeerplaats en wandelen door het stadje met leuke huizen, winkels en restaurantjes. Het verrast ons dat hier heel veel aan fietscross wordt gedaan. Er zijn talloze fietsenwinkels en er is een speciale lift (lijkt op een ski-lift) om de bikers naar boven te brengen, waarna we ze onder de modder naar beneden zien komen. Het is wel een overgang om van de rustige parken in het bruisende Whistler rond te lopen. We hoorden dat het hier allemaal heel duur is, maar in de supermarkt en bij Starbucks vinden wij het wel meevallen. De afgelopen nacht is er in de bergen sneeuw gevallen en van juni tot augustus wordt hier ook nog geskied.
Er zijn veel beren in dit gebied en even buiten Whistler zien we twee keer een zwarte beer. Het blijft heel bijzonder om ze zo tegen te komen.
We besluiten om nog iets verder te rijden voor een kampeerplaats Er zijn er verschillende, maar de een ligt diep in het donkere bos en de ander lijkt wel een zigeunerkamp. We rijden door Squamish, een grote plaats en komen de eerste McDonald tegen en een Walmart. een goede plek om boodschappen te doen. Uiteindelijk komen we in Porteau Cove Provincial Park terecht waar we, tegen een kleine vergoeding, een prachtige plek aan het water vinden. Het is met CAD 38,- de duurste plek tot nu toe en dat is inclusief elektra, maar zonder water.
Het was alweer een geweldige dag, droog, zonnig en in de avond met een spatje regen.

23 mei 2013

Gevarieerd landschap, groene weiden en bergen

Vandaag hebben we voor het eerst een grijze dag, met in de middag regen. Om 7 uur zijn we wakker en om 8 uur rijden we de 65 km weg van het Wells Gray Park weer terug naar Clearwater en zien onderweg een hert in de berm rennen. Als hij het bos in schiet, is het dier gelijk niet meer te zien. We hebben helaas weinig dieren gezien in dit park, maar je kunt niet alles hebben natuurlijk.
De brandstoftank is behoorlijk leeg en omdat we vandaag ruim 300 km gaan rijden, wordt dat (na de Bakery voor verse broodjes) de eerste stop.
We komen in een heel ander landschap met ruime weiden, vee, paarden en ranches. Alles is heel groen en er wordt op het land gesproeid, terwijl er regen voorspeld is. Op de radio horen we dat in het zuiden en zuidoosten van British Colombia wateroverlast is door de vele regen. Dan hebben wij toch maar geboft tot nu toe. We rijden een stukje in de wolken met weinig zicht, maar verder is de weg prachtig. Het was de bedoeling om langs Green Lake te rijden, maar de onverharde weg is niet aantrekkelijk (en niet goed voor onze woonwagen) en we verleggen de route via Lone Butte, waarna we toch bij het grote meer uitkomen. Het is hier heel rustig en een goede plek om te lunchen.
Via 70 Miles House en Clinton, "Gold Country" komen we bij een (volgens het boekje) idyllische campground Marble Canyon, maar......aan de ene kant is een meertje en aan de andere kant de weg en er is verder niets. In de regen trekt het ons hier niet aan, dus we starten de motoren en rijden verder naar Lillooet. De weg is echt heel mooi en we komen weer in de bergen. De kloof met de Fraser River ziet er adembenemend uit en we strijken neer op de Fraser Cove campground, pal aan de rivier. Fraser River dankt zijn naam aan meneer Fraser, de eerste Europeaan die hier gekomen is. Vanuit onze woonwagen zien we 's avonds een bootje met vissers die een geweldige steur binnenhalen. Deze vissen kunnen wel 4.5 meter lang worden en het is een hele worsteling om de vis aan dek te krijgen. Zwitserse camperburen komen olijfolie lenen om te kunnen koken en als dank krijgen we twee bekertjes organische yoghurt. Gezellig hoor dat kampeerleven.

22 mei 2013

Watervallen in Wells Gray Park

We zijn weer helemaal geladen en gelost, hebben zelfs met het thuisfront whats app contact gehad en zijn weer klaar voor de rimboe. Eerst rijden we nog even 12 km voor een boutje, maar dan heb je ook wat en is de klep gerepareerd. Voordat we het park verder inrijden moeten we even stoppen bij de bakery. Mmmmmmm, met heerlijke scones en warme broodjes kan de dag al niet meer stuk.
Wells Gray Park staat bekend om zijn flora, fauna (veel vogelsoorten) en watervallen. Nou, die zien we vandaag dan ook volop. Eerst Spahats Falls, dan Dawson Falls (91 m breed en 5 meter hoog), maar de klapper is Helmcken Falls, één van de mooiste van Canada en met een hoogte van 137 m, groter dan de Niagara Falls. Het is een imposant gezicht! Wat een kracht en geweld.
Als laatste stoppen we bij Bailey's Chute, waar een van de laatste groepjes cedars staan. De rest is vernietigd bij een spectaculaire brand in 1926. De waterval bij Bailey's Chute is het eindpunt van de zalmen volgens het bord (en kennelijk dus niet bij Fraser River, zoals eerder vermeld).
We strijken neer bij het Clearwater Lake, aan het eind van de 65 km lange weg het park in, waar we op een plek staan aan een stroomversnelling. Nu maar hopen dat we niet steeds hoeven te plassen door het geluid.
Gisteravond laat hebben we wat regen en een klap onweer gehad, maar vandaag is het weer een mooie dag met zonnige perioden. Goed wandelweer en dat hebben we op de verschillende stops dan ook gedaan. Als laatste nemen we nog even een kijkje langs de oever van het meer en vanavond komen we, met een kop koffie bij het kampvuur, weer bij van een dag vol met indrukken. 

21 mei 2013

Pancake breakfast

Vanwege Holiday is er een pancake breakfast georganiseerd op de campground. Helaas komen wij daar pas achter als we wegrijden en nog even stoppen om een informatiekaartje mee te nemen. Twee politiemensen staan te bakken en er is koffie en jus d'orange. We maken even een praatje en bewonderen de kolibries die er rondvliegen. Met een beker koffie gaan we op weg en na een tankstop (om de dag gooien we er weer 60 liter in, want je weet maar niet waar de tankstations zitten en ons rijdende huisje heeft wel dorst) rijden we naar onze volgende bestemming.
Het is een mooie weg, overal weer riviertjes en kreekjes en borden die aangeven dat het een zalmgebied is. Net voorbij Blue River (afslag gemist?) drinken we in de buurt van Murtle Lake koffie en genieten we van het zonnetje. Heerlijk!
Langs de weg zien we wel veel kruisjes en gedenktekens staan en weer borden die aangeven dat er Moose's moeten zijn. We zien ze niet en later horen we dat het hele schuwe beesten zijn, dus de kans is klein dat we ze tegenkomen.
In Clearwater rijden we naar het Information Centre en zoeken we een overnachtingsplek op de KOA campground. Het is aan het begin van het Wells Gray Park en het is er stil. De plekken zijn goed en full hook up, wat betekent dat we stroom en water hebben en direct lozen op de plek. De douches zijn heerlijk en er is ook een zwembad met water van 28 graden.
We rijden 10 km naar Spahats Falls, een mooie waterval in een 120 meter diepe vulkanische canyon. We krijgen een klein beetje regen en keren terug, zodat Marijke de was kan binnenhalen. Luuk en ik lopen nog even wat rond en zoeken een boutje voor de klep van de wasbak. We komen in de antiekzaakje terecht waar we gratis wat meekrijgen, maar helaas past het niet. Het valt ons op dat overal waar we komen iedereen vriendelijk en bereidwillig is om te helpen en dat voelt wel heel prettig aan.

20 mei 2013

Een uurtje erbij in Robson Park

Na weer een heerlijke nachtrust, schijnt de zon en gaan we tegen half negen weer op pad. In NP Jasper kan je wel dagen rondrijden of lopen. Het is een groot park met heel veel wandelroutes. Af en toe wordt er een stukje afgesloten als er beren gesignaleerd zijn, maar wij zien ze niet vandaag. We rijden maar Maligne Lake, een mooie route, langs Medicine Lake. Er zijn ontelbaar veel meertjes en veel ervan hebben een vrouwennaam. We zijn er nog niet achter wat de reden hiervan is. Onderweg wordt gewaarschuwd voor Caribou's en Moose's, maar die zijn nog niet wakker als wij er rijden. Bij Maligne Lake is het nog erg rustig. Het meer is nog voor het grootste deel bevroren en boottochtjes kan je er nog niet maken. We hebben geluk met het weer, af en toe zon en de voorspelde regen blijft uit. We lopen een stuk langs het meer, voordat we weer terug rijden om de route naar Robson Park op te pakken. We komen nu niet meer in de Nationale Parken en dat komt precies uit met de permit die we gekocht hebben. Bij de ingang van Robson Park, bij Yellowhead Pass stoppen we voor de lunch. We komen in het gebied van Fraser River en die steken we een aantal keren over. Ons doel is Mount Robson, met 3954 meter de hoogste berg van de Rockies. Bij het Information Centre heb je een prachtig uitzicht op de berg, mooi met de zon erop en een paar wolken er omheen. Recht er tegenover ligt de Robson Meadows campground, waar we de campers tussen de bomen parkeren en de wandelschoenen aantrekken voor een wandeling via de Fraser River trail naar Overlander Falls. Het is weer een pittige wandeling over een mooi kronkelig paadje door het bos en langs de Fraser River. Na een barrage komen we bij de Falls, waar het water naar beneden dendert. De naam Overlander komt van een groep mensen die in 1815 (?) besloten om niet via de zee naar de kust te reizen maar over land en hier terecht kwamen. De Fraser River is bekend van de zalmtrek. Zalmen zwemmen vanuit Vancouver de rivier op en komen zo ongeveer hier terecht. Dan zijn ze moe (hoe kan het ook anders) en zwemmen niet verder.
We zijn nu in British Colombia en de tijdgrens gepasseerd, zo hebben we vandaag een extra uurtje en is het tijdverschil met Nederland 9 uur.

18 mei 2013

Zwarte beer, Grizzly beer, Elken

De lucht is prachtig helder en blauw als we wakker worden. Weer een mooie dag in Alberta. We rijden terug (26 km) naar de Icefields Parkway en zien onderweg een zwarte beer vlak naast de weg. De weg is heel rustig dus we kunnen makkelijk stoppen voor foto's en film. Gisteren zijn er heel veel schapen en beren gespot op de Icefields Parkway, maar vandaag hebben ze kennelijk een rustdag. De route is schitterend met bomen, bergen, meertjes en sneeuwwanden. Onze eerste stop is bij Columbia Icefields Centre, waar we de camper tot beneden bij met meertje rijden en dan naar de gletsjer lopen. We zitten weer in de sneeuw en via een smal klimmend paadje lopen we tot onder aan de gletsjer. Vooral de massieve sneeuw in de verte, die blauwig van kleur is, vinden we mooi. Om door de sneeuw weer naar beneden te glibberen vinden we wat minder. De volgende stop is bij Sunwapta Falls. Vanaf de parkeerplaats loop je er gemakkelijk naar toe en heb je een mooi zicht op de waterval. Het is een heel verschil met de wandeling van gisteren. De route gaat verder en dan ineens zien we in de berm een Grizzly beer rondscharrelen op zoek naar een lekker hapje. Geweldig, zo dicht bij! Helemaal super. Bij Athabasca Falls stoppen we om een broodje te eten, nog nagenietend van de Grizzly. Het is dan nog 30 km naar Jasper, waar we eerst het Visitors Information Centre opzoeken om informatie te vragen over mogelijke camperplaatsen. We besluiten om telefonisch te reserveren, vanwege de drukte, maar dat is geen succes. Nadat we een vracht aan gegevens hebben opgegeven, blijkt dat we extra moeten betalen voor de reservering en dat willen we niet. We rijden naar Wapiti campground en krijgen tot onze verrassing twee camperplaatsen incl. stroom, terwijl ze aan de telefoon vertelden dat die er niet meer waren. Een wijze les, we reserveren niets meer! We zitten in een gebied waar veel Elken (of Elks) lopen en die zien we dan ook vlakbij en in het plaatsje. Er staat ook eenzelfde trein als waar Luuk in 1966/67 mee door Canada gereisd heeft. Tot slot trakteren we onszelf op een Canadian Burger met een Kokanee en lopen we nog wat rond in Jasper.

Winter en zomer op één dag

Na een koude nacht (0 graden), rijden we naar Lake Louise. Het meer is nog bijna helemaal bevroren. De zon schijnt en het ziet er schitterend uit. We lopen langs het Fairmount hotel langs het meer. Op de bergen ligt nog een dik pak sneeuw, we horen gerommel en zien een sneeuwverschuiving. Wat is dit genieten. De weg langs één kant van het meer is nog niet begaanbaar en afgesloten. We horen dat het tot half juni duurt, voordat al het ijs weg is en het meer een mooie groene kleur krijgt.
Na een tankstop rijden we de Icefields Parkway op. We stoppen even om te kijken bij Bow Lake en vervolgens stoppen we bij Peyto Lake. Door de sneeuw ploegen we naar het meer. Er is een klein stukje ontdooid en het water heeft een prachtige kleur. We zitten hier op 2115 meter hoogte en dat is te merken. Het is koud, maar adembenemend mooi. De weg terug door de sneeuw is lastig en af en toe zakken we tot onze knieën in de sneeuw. Het levert mooie plaatjes op als Ruud en Marijke wegzakken en er weer uit proberen te komen.
De route gaat verder en bij Waterfall Lakes stoppen we om een broodje te eten. Toch wel makkelijk als je alles bij je hebt. Er is behoorlijk wat verkeer op de Icefields Parkway, misschien ook omdat het lange weekend er aan komt.
Bij Saskatchewan River Crossing verlaten we de weg, richting David Thompson. De eerste campground Thompson Creek vinden we niet zo leuk. Er staat niemand en de plekken zijn door de vele bomen erg donker. Langs de weg zien we twee zwarte beren en een paar herten. De volgende campground (Two O'Clock Creek) is een stuk leuker. Voor CAD 22,= inclusief een kruiwagen hout vinden we een mooi plekje. De naam Two O'Clock komt omdat er pas om twee uur water in de Creek staat, nadat het door de zon van de berg af is gesmolten. De beheerders zijn erg aardig en we mogen op hun generator zelfs even onze videocamera opladen. Er zijn hier verder geen voorzieningen zoals water en stroom.
We wandelen naar Siffleur Falls, een mooie wandeling van ruim 12 km, in een heerlijke temperatuur. Over een ijzeren hangbrug gaan we het bos in, maar de Falls zijn net iets te ver weg. Na drie uur lopen, komen we moe maar voldaan terug bij de camper, waar we in de zon genieten van een pilsje en na het eten het vuur aansteken. Wat een prachtige dag vandaag!

16 mei 2013

3 Nationale parken in 1 dag

Het seizoen is hier nog niet echt begonnen. Als we uitchecken, blijken we de eerste gast zijn die, hoera, met het nieuwe systeem mag afrekenen. Een wat grijze dame vraagt ons vier keer om ons telefoonnummer, voert alle gegevens een paar keer in en, jawel, na een half uur hebben we een ticket en betaald. Dat belooft wat het komende weekend als alles volgeboekt is! Via highway 95 rijden we door een soort vallei naar Golden, dit is Kicking Horse Country. Onderweg mooie ranches, meertjes, bloesem en aan 2 kanten bergen. In Golden stoppen we om de weg te vragen naar het skigebied, waar je met een gondel naar 2310 meter hoogte kunt en waar je in panorama restaurant Eagle's Nest een schitterend uitzicht zou hebben. Helaas zitten de bergtoppen in de wolken en doen we dat dus maar niet. We rijden naar het Information Centre waar we onze mail kunnen versturen en dan door naar NP Yoho, waar we stoppen bij de Natural Bridge over Kicking Horse River. Ook hier is het weer prachtig. De stoeltjes gaan naar buiten en we genieten van onze lunch en het uitzicht op 1200 meter hoogte. Daarna komen we weer in NP Banff, waar we een plek zoeken op Lake Louise Trailer. Er is plek zat en het kantoor is nog niet bemand. We doen geld in een envelopje en gooien dat in de brievenbus. Op de campground zijn nog veel plaatsen gesloten en er liggen hier en daar nog sneeuwresten. Het ligt hier hoger en dat voel je ook, het is behoorlijk fris. We lopen nog even naar de Village om informatie te vragen. Moraine Lake, dat we wilden bekijken, is helaas nog gesloten, vanwege sneeuw. Bovendien blijken de camperplaatsen met stroom in Jasper het komende weekend volgeboekt, vanwege het holiday weekend, het is maar dat we het weten. Na een lekkere kop warme chocolade (het lijkt hier tenslotte op wintersport op 1537 meter hoogte) en koffie, lopen we langs Bow River terug naar onze woonwagen.

15 mei 2013

Wildlife in Kootenay Park

Als we wakker lopen en vanuit ons bed naar buiten kijken, zien we een groep herten langs de campers grazen. Met op de achtergrond de Rockies, een prachtig gezicht.
Voor we vertrekken lozen we onze tanks en vullen we de watertank. Het gaat allemaal heel gemakkelijk. We zoeken de Bow Valley Parkway op en kronkelen naar het noorden. Plotseling steekt er vlak voor onze camper een hert over en dat is toch even schrikken. Via highway 93 rijden we British Colombia binnen door Kootenay Park. We stoppen bij Paint Pots en lopen het bos door naar een stroompje waar een brug over zou moeten liggen, maar die is er helaas niet en we kunnen de ijzerhoudende meertjes dus niet bekijken.
Als we onze weg vervolgen zien we een wolf langs de weg en even later zien we iets zwarts in de berm rondscharrelen. Het blijkt een heuse zwarte beer, die rustig naar voedsel aan het zoeken is. We stoppen en filmen op veilige afstand. Heel gaaf!
De route is prachtig, vooral ook omdat de zon op de besneeuwde bergen schijnt. Even voor Radium Hot Springs zien we zwart baby beertje de heuvel op klimmen en onze dag kan niet meer stuk. Het is jammer dat we er niet kunnen stoppen om een foto te maken.
In Radium Hot Springs weer even een benzinestop en dan omhoog naar de Redstreak Campground, die open zou moeten zijn. Het is een campground van 36 hectare, maar er staan maar een paar campers. Het blijkt dat er morgen pas geregistreerd kan worden en dat je dan alleen maar terecht kunt als je reserveert. Wij staan er riant, tussen de bomen en een prima sanitaire voorziening. Na de lunch rijden we de beroemde hot pools, maar dat valt tegen. Het ziet er uit als een zwembad, maar dan met warm water. Wij geloven het wel en samen met Ruud en Marijke loop ik door het bos terug (een wandeling van ruim 2 km)naar de campground, terwijl Luuk met de camper terug gaat. Het is hier echt genieten van de rust en de ruimte.

Herten, schapen en squirrels

De rit gaat vandaag naar Banff, gelegen in het gelijknamige National Park. We rekenen eerst nog even af en begrijpen dat het de bedoeling is om dat gelijk te doen als je aankomt. Ook al zit er niemand in het kantoortje, er hangen wel envelopjes waar je het geld in kunt achterlaten. Op veel campgrounds wordt namelijk gecontroleerd en zo voorkom je een dikke boete.
Het is een frisse dag, maar wel overwegend droog. In Canmore gooien we de brandstoftank nog even vol. Ons motorhome lust namelijk wel een slokje. De prijzen schijnen hier bovendien aantrekkelijker te zijn dan verderop en wij vinden nu alles al schreeuwend duur. Ook moeten we op zoek naar een ringetje voor de koppeling van de waterslang, want die lekt.
We rijden weer via de 1A, dat is leuker dan de highway, en komen bij de ingang van het National Park waar we een toegangspas kopen voor 5 dagen. Hiermee kan je ook in de andere National Parken terecht.
In Banff vragen we informatie in het visitor centre en lopen we wat rond in het stadje. Het is echt een wintersportplaats vinden we. Huizen in een stijl die daar echt bij past, het ziet er erg leuk uit. We checken in op de campground Mountain Village II. Het is hier prachtig. Mooi ruim, in het groen met een picknicktafel bij de camper en uitzicht op de rockies. Er lopen herten en een heleboel squirrels. Na de lunch gaan we in de camper van Ruud en Marijke naar Lake Minnewanka, waar we een mooie wandeling maken en nog meer herten zien. Onderweg zien we een prachtige Least Chipmunk. Aan de oevers van het meer ligt nog ijs, brrrrr. Overal staan houten overkappingen, waar je hout kan stoken en waar je kunt schuilen voor een bui (zoals wij doen). Via Two Jack Lake, waar weer schapen op de weg lopen en Johnson Lake komen we weer terug. Tijd voor een drankje in de zon (totdat het begint te spetteren).

14 mei 2013

Canmore, de 1e camperrit

Het wil nog niet echt lukken om in een goed slaapritme te komen, we zijn al weer vroeg uit de veren. We genieten nog even van een heerlijke douche en het lekkere ontbijtbuffet. De zon schijnt uitbundig en we hebben tijd om nog even lekker in de zon te zitten, voordat Fraserway ons op komt halen. We zijn tegen twaalf uur bij de verhuurder, waar we uitleg krijgen over de camper. We gooien snel onze bagage erin en onze eerste stop is de liquer store en de Coop. We schrikken van de prijzen. Het risico dat we deze vakantie teveel eten en drinken is klein!
We vinden de 1A naar Cochrane en via een mooie route langs de Bow river, rijden we naar Canmore, waar Spring Creek onze eerste campground is. Onderweg zien we schapen op de weg, het eerste wild life. Op de campground is het even zoeken waar we de camper neer zullen zetten, het kantoor is al gesloten, dus we moeten het zelf uitzoeken. We nemen een plekje met stroom en water, de tanks zijn nog leeg, dus een afvoer is nog niet nodig.
De koffers worden geleegd en de boodschappen krijgen een plekje. De camper (1 jaar oud) vooral met de slide out uit, erg ruim met een mooi tweepersoonsbed en erg compleet ingericht.
We staan aan een stroompje met uitzicht op de bergen (de drie Zusters). Het is hier prachtig, maar op de campground staan ook veel stacaravans die er wat vervallen uitzien.
We koken een simpele hap en lopen nog een rondje. Daarna gaat het licht bij ons uit, we zijn moe van de eerste indrukken.

13 mei 2013

Galgary

De hotelkamer is riant, net als de bedden. We zijn als een blok in slaap gevallen, maar zijn natuurlijk midden in de nacht wakker. Toch nog maar eens omdraaien en proberen in het ritme te komen van 8 uur tijdverschil.
We ontbijten riant met pancakes, wafels, vers fruit, scrambled eggs, etc. Lekker hoor!
We gaan met de bis naar de C-train en vervolgens downtown Galgary, waar we de hele dag rondlopen. Het is prachtig, warm weer (27 C). De luchtvochtigheid is erg laag en er wordt gewaarschuwd om geen open vuur te gebruiken vanwege brandgevaar.
We bekijken Devonian Gardens op de 4e etage van een mall en lopen door naar Eau Claire Market en Prince's Island Park. Het is vandaag zondag en druk in het park. Het is grappig dat hier ook moederdag gevierd wordt. In het park en langs Bow River wordt ook flink gefietst, er zijn mooie paden aangelegd. We puffen uit op een terrasje met een Traditional Canadian biertje en lopen via Chinatown terug naar Stephens Avenue, een wandelgebied met restaurantjes.
Marijke en ik proberen als aperitief een traditional Milestones Caesar, een beetje apart, peperig, drankje. De mannen houden het bij een biertje. De prijzen in Canada zijn beslist niet laag en er komt dan ook nog tax en service bij.
Met de trein en de bus gaan we na het eten weer terug naar het hotel. We bereiden vast een boodschappenlijstje voor en kijken uit naar morgen om de camper op te halen.
Galgary is niet echt een stad om lang door te brengen.

Crew Dutch Lady goes Canada

Het voorseizoen van de crew Dutch Lady ziet er dit jaar heel anders uit! We gaan samen met de crew Freebird op camperreis in Canada. Op zaterdag 11 mei is de grote oversteek, met het vliegtuig dan wel!
Het is een lange dag. Buurman Pieter brengt ons naar Dordrecht, waar we om 8.06 met de trein. Naar Schiphol gaan. Alles gaat prima op tijd. Zo zijn we 3 uur voor vetrek bij de incheckbalie en kunnen we goede plaatsen krijgen in de airbus van Air Transat.
De vlucht verloopt rustig, maar het blijft lang. Het eten stelt niet veel voor, maar gelukkig hebben we krentenbollen. Ruud & Marijke zitten naast ons en achterin het vliegtuig Dick & Sonja (ook zeilers die af en toe wat anders ondernemen).
In Galgary is het warm, mooi weer, het lijkt wel zomer. De ontvangst op het vliegveld door wat oudere dames, is hartelijk en we staan redelijk snel met onze bagage buiten, waar de shuttle van het hotel ons op komt halen. Na 40 minuten wachten en een extra telefoontje, nemen we op kosten van het hotel een taxi. Het Best Western Port O Call hotel ligt midden in niks, vlakbij het vliegveld en ver van het centrum. Nergens is een terrasje te ontdekken en we willen zo graag een pilsje. Na een korte verkenning in de omgeving, belanden we in de lounge van het hotel.
We bellen snel met Fraserway (de camperverhuurder) om af te spreken hoe laat ze ons maandag op komen halen.
Na een burger en een kop koffie zoeken we op tijd ons bed op. Het is even wennen aan het tijdverschil.